zondag 15 juli 2012

Wierook: van Heilig middel naar Geneesmiddel (F)

Sterzoeker gaat verder over wierook. In een aantal blogjes besteden we aandacht  aan de geschiedenis en aan de handel in wierook in de oudheid. Dit is een uitgebreide vervolg op de eerdere blogs over wierook die reeds op Sterzoeker zijn verschenen. U kunt deze eerder blogjes ook vinden door in de kantlijn, in de onderwerpenlijst, op het label "wierook" te klikken. We gaan verder in op het gebruik van wierook als geneesmiddel en over het verval van de handel in wierook in de oudheid.

Het valt niet te ontkennen dat de gestadige afname van de vraag naar wierook door de opkomst van het Christendom en het uitdoven van de antieke godsdiensten van wezenlijk belang is geweest bij de neergang van de handel in dit Zuidarabische produkt. Dit was echter niet de enige factor. De Romeinse handel met het zuidoosten, die in de derde eeuw op alle fronten sterk terugviel, had zich bijna volledig naar zee verplaatst zodat de plaatsen langs de oude karavaanroute alle betekenis verloren.

Daarbij kwam dat door de immigratie van Noorarabische stammen Zuid-Arabië in toenemende mate gebedoeïniseerd werd en dat door de ontbinding van de goed georganiseerde gemeenschap de eens zo bloeiende oases aan de rand van de woestijn meer en meer verlaten werden. Deze en verschillende andere onderling afhankelijke factoren waren lang vóór de komst van de Islam verantwoordelijk voor het geleidelijke verval van de grondvesten waarop de Oudzuidarabische cultuur gebaseerd was.

De wierook dankte zijn gebruik als materia medica vooral aan de verwarmende en adstringerende kracht die men aan hem toeschreef. Reeds in het Corpus Hippocraticum behoort wierook tot de meest gebruikte geneeskrachtige stoffen; hij diende als wond-reinigend, uitdrogend en uitbijtend middel en werd samen met andere substanties in omslagen van ieder type gebruikt, in pillen verwerkt en aan verschillende geneeskrachtige mengsels toegevoegd; ook het universele geneesmiddel theriaca bevatte wierook (Cel sus, De medicina V,23, 2; Galenus XIV 259 K).

Voor talrijke recepten had men uitdrukkelijk druppel-wierook, d.w.z. mannelijke wierook nodig, terwijl men bij andere toepassingen de manna, die minder kracht dan wierook zelf zou bezitten, prefereerde. De schors van de wierookboom schreef men daarentegen een sterkere adstringerende werking toe dan de wierook zelf.

Er bestaan voor veel farmaceutische toepassingen van wierook die bij Galenus, Celsus, Dioskurides, Hippokrates en anderen te vinden zijn reeds in het Oude Egypte parallellen. Aan de andere kant zijn er in de christelijke en de Islamitische oriëntaalse literatuur uit de Middeleeuwen nog talrijke uit de Griekse geneeskundige geschriften overgenomen recepten te vinden waarbij wierook wordt gebruikt. Zo bevat alleen al het onder de titel "Boek van de medicamenten" gepubliceerde syrische werk-" tachtig recepten waar wierook voor nodig is.

De grote waarde die men in de oudheid hechtte aan de wierook blijkt wel uit het feit dat het gold als een kostbaar geschenk dat door vorsten gegeven en ontvangen werd. Hiervoor valt een hele reeks voorbeelden te geven. Alexander de Grote, die als jongeman ooit bij het offeren te kwistig was omgegaan met de wierook en daarvoor door zijn opvoeder berispt werd met de vermaning dat hij dat pas zou mogen doen als hij de volkeren had overwonnen die de wierook produceerden, stuurde - naar men zegt - na de inname van Ghazza aan dezelfde Leonidas 500 talenten wierook, met het verzoek daarmee in de toekomst niet meer spaarzaam om te gaan tegenover de goden (Plutarchus, Alexander 25, 4v).

In de Truculentus (540) van Plautus beroemt Stratophanes zich er eerst op voor zijn geliefde Phronesium wierook te hebben meegebracht uit Arabië en later klaagt hij er over haar dit kostbare geschenk te hebben gegeven.

De tegenwoordige wierookproduktie in de vroegere regio turifera is een quantité négligeable. Dit heeft geleid tot een dalend aanbod van dit produkt op de wereldmarkt. Maar ook de vraag ernaar is klein, ook al wordt wierookhars nog steeds als grondstof gebruik bij de bereiding van allerlei geurstoffen.

Wierook werd vroeger niet alleen gebrand; reeds het oudste Griekse citaat bij Sappho lijkt er immers op te duiden dat het ook als strooi poeder werd aangebracht en ingewreven. Ook Ovidius (Medicamina faciei femineae 94) beveelt mannelijke wierook met ammoniakzout en andere ingrediënten aan als middel waarmee vrouwen hun gezicht kunnen verzorgen. Een met wierook bereide zalf schijnt in de oudheid een grote kostbaarheid te zijn geweest; na lang proberen was het een zalvenmaker uit Pergamon gelukt hem te fabriceren, iets wat eerder noch later ooit aan iemand is gelukt (Athenaeus, Deipnosophistai XV, 689a-b).

Ook het gebruik als materia medica waarvoor men vroeger wierook hoog waardeerde speelt tegenwoordig geen rol meer: bij onze drogisten is in ieder geval het bakje of potje met het opschrift olibanum zeer zeldzaam geworden. Zelfs bij Jemenitische handelaars in drogerijen, die vroeger voor farmaceutische doeleinden nog een grote variëteit aan wierook aanboden, is hij als traditioneel geneesmiddel steeds meer buiten gebruik geraakt.

Maar ook op zijn hoogsteigen plaats, in de religieuze cultushandeling, wordt de wierook steeds verder teruggedrongen. Dit geldt vooral voor het gebruik van wierook in de riten van de katholieke kerk. Er zijn dan ook tegenwoordig vele godshuizen waar men zelfs op hoogtijdagen de geur van de wierook niet meer kan bespeuren. Om de titel te citeren van een geschrift dat zich in zijn ondertitel uitgeeft voor een theologie van alledag ziet men onze tijd aan voor een tijd "aan de wierook voorbij"? En, alsof wierook nog even kostbaar is als ten tijde van keizer Nero, stelt men alternatief "Brood voor de Wereld of Wierook voor God", zodat men het niet zou wagen zich tegen het brood voor de wereld uit te spreken.

In één van zijn boeken schrijft A. Hamilton, de latere Lord Belhaven, die in 1940 voor het eerst opgravingen in Sjabwa, het antieke centrum van de wierookhandel, doorvoerde, dat Arabië zijn hele geschiedenis te danken heeft aan één kleine boom, om zich daarna de vraag te stellen: "Was the Tree of Life the incense tree? I think it likely that, in the lost story from which our myth comes, the garden of Eden was South Arabia and that in the midst of the garden, as they do today, stood thc sacred groves of incense, whose magie power protected body and soul and ensured everlasting life".

In de oudheid beschouwde men echter, zoals talrijke antieke schrijvers weten te getuigen, Arabia Felix als het land van de wierook en de aromata zonder meer, waarvan de produktie en export voor Zuid-Arabië verreweg het meest winstgevende bedrijf was. Misschien kan men dit, indien men de economische capaciteit en de handelsmaatstaven van die tijd in het oog houdt, met beperkingen vergelijken met de tegenwoordige aardolie-produktie op het Arabische Schiereiland.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten

Vergelijkbare Blogs

Related Posts with Thumbnails